Carpentras – Truffelstad

Carpentras heeft een zeer lange geschiedenis. In ieder geval bestond de stad al toen de Romeinen bezit namen van de Provence. Aan deze Romeinse tijd herinnert nog een Arc de Triomphe die op een heel ongelukkige plaats welhaast verstopt lijkt achter de kathedraal en het Palais de Justice. Er staat nog één boog van de drie die er vroeger gestaan hebben.

Carpentras is een belangrijke stad geweest. Van 1229 tot
1791 is Carpentras de hoofdstad geweest van het Comtat Venassin, en zelfstandige staat binnen Frankrijk. Het graafschap was eigendom van de paus en het gezag over de stad en het gebied er omheen werd daadwerkelijk uitgeoefend door het Vaticaan. lets van de grandeur van de stad uit die tijd is nog voor te stellen bij de enige resterende stadspoort uit die tijd, de Porte d’Orange. In opdracht van de paus is in de 14de eeuw om de stad en stadsmuur gebouwd met 32 torens en 4 poorten. Deze stadsmuur heeft er 500 jaar gestaan, maar uiteindelijk is deze in 1840 gesloopt om ruimte te maken voor stadsuitbreiding. Gelukkig heeft men één poort bewaard en daar moeten we het mee doen.

De pauselijke heerschappij over het graafschap had tot gevolg dat het graafschap een toevluchtsoord werd voor joden die in Frankrijk vervolgd werden. Onder de pauselijke heerschappij bestond kennelijk minder reden om te vrezen voor vervolging. In de middeleeuwen was hier een redelijk grote joodse gemeenschap. De synagoge uit 1367, de oudste in Frankrijk is nog te bezichtigen. Ook elders in het graafschap, b.v. Cavaillon komt men synagogen tegen. Na de revolutie zijn de joden verspreid geraakt. Van de getto’s is niets meer over.

Van dezelfde periode stamt de kathedraal St.Siffrein die in 1404 gebouwd is in opdracht van paus Benedictus XIll. De poort aan de zuidzijde wordt de ‘porte juive’ genoemd. Bekeerde joden moesten door deze poort de kathedraal ingaan om gedoopt te worden. De pauselijke bescherming was kennelijk toch niet geheel vrijblijvend. Bekering tot het christendom was misschien niet verplicht, maar het werd wel erg op prijs gesteld.

Aan de rand van de binnenstad staat een opvallend groot gebouw, het Hotel Dieu. Het herbergt een ziekenhuis en een antieke apotheek. In de poort en op het binnenplein zwaait hier in de winter de Broederschap van de Truffeliers de scepter. Op elke vrijdagochtend in de periode van begin November tot begin Maart word hier truffelmarkt gehouden. Het is kleinschalig maar alleraardigst om te zien ( en om te kopen uiteraard.) Oude vrouwtjes staan te vernikkelen van de kou en doen hun uiterste best om het goud van de Provence aan de man te brengen.
Als u niet al te grote knollen koopt valt het budgettair nog best op te brengen.

Op vrijdag is er in Carpentras markt. Deze markt wordt gehouden op de parkeerplaats buiten de oude stadskern, maar slingert zich ook door de gehele stad heen. Het is ongetwijfeld de grootste en leukste markt in de Vaucluse.
Liefhebbers van Provençaalse markten doen zichzelf tekort indien zij terug naar huis gaan zonder deze markt bezocht te hebben.